Vlaanderen is één van de meest dichtbebouwde gebieden van Europa, met een ruimtebeslag van maar liefst 33 procent, zo blijkt uit het eindrapport 2016 over het ruimtegebruik in Vlaanderen.

In dat jaar nam het ruimtebeslag immers nog steeds toe met 6,4 hectare per dag.

Het merendeel hiervan gaat naar huisvesting, maar ook naar industrie of wegenbouw. Rooskleuring ziet het er dus niet uit.

De hete appel van de zogeheten betonstop, waarmee de huidige Vlaamse regering tegen 2040 geen nieuwe open ruimte wil innemen, is ondertussen doorgeschoven naar de volgende legislatuur. Vanuit verschillende hoeken komt er dan ook kritiek.

De bouwsector wil het doemscenario doorprikken

Dat de Vlaamse Confederatie Bouw, in persoon van Marc Dillen, nu met enige kritiek komt op het plan hoeft niet te verwonderen. Hij geeft zijn interpretatie van de cijfers uit het bovenvermelde rapport. Hij ziet dan ook helemaal geen doemscenario, hij stelt immers dat het ruimtebeslag niet enkel verharde ondergrond inhoudt, maar ook tuinen, parken en sportvelden.

Verharde ondergrond bedraagt 14 procent van Vlaanderen, waarvan woningen en flatgebouwen 3 procent innemen. Dillen vindt dat het huidige discours enkel een krapte op de bouwmarkt oplevert en bouwen én wonen dus op termijn onbetaalbaar gaat maken.

De VCB stelt dat het huidige symbooldossier van de betonstop geen alternatieven biedt en dat de ruimtelijke plannen al 25 jaar vastliggen. Ze pleit dan ook voor investeringen in leefbare en betaalbare woonkernen.

Maar ondertussen loopt de mobiliteit strop

'Daar knelt het schoentje dan ook net. Niet enkel voor de open ruimte, het blijft een feit dat door de verspreide bebouwing in Vlaanderen er grote mobiliteitsproblemen zijn. Ieder jaar groeien de files aan, velen wonen nu eenmaal vrij ver van hun werk.

Zo pendelen veel Kempenaars naar Antwerpen of de haven. Ook vorig jaar stonden we weer langer in de file, tussen 2015 en 2018 steeg het aantal file-uren met maar liefst 22 procent tot 925.000.

Met de werken aan de Oosterweelverbinding die vorige maand begonnen, dreigt een totaal verkeersinfarct in provincie Antwerpen. De bouwsector die duidelijk bang is verlies te maken door de berichtgeving omtrent de betonstop, zal dus ook haar wagenpark beter moeten beheren.

Zo zijn er nu al verschillende slimme tracking-apps op de markt, die een logistiek manager toestaan nauwgezet alle verplaatsingen te volgen en zo te zien welke overbodig zijn of welke voertuigen van de weg gehaald kunnen worden. Dit kunnen ze bijvoorbeeld doen bij deze producent.

Een andere oplossing is meer transport over het water, bijvoorbeeld van bouwmateriaal, maar ook voor de pendelaar. Immers, ook Kempenaars zelf denken mee aan een oplossing voor het mobiliteitsprobleem richting Antwerpen.

Zo schreven we onlangs nog over een petitie voor een Waterbus op het Albertkanaal om aan de files te kunnen ontkomen. Trouwens ook een goede manier om de uitstoot door het autoverkeer terug te dringen. Zo komen we op de invloed van de manier waarop we bouwen op het milieu.'

De kritiek uit de andere hoek komt verrassend genoeg overeen

De Bond Beter Leefmilieu kwam in januari al met kritiek op het plan. Ook zij stelt dat er op dit moment geen duidelijke maatregelen zijn verbonden aan het plan; de actieplannen zijn immers niet goedgekeurd geraakt. En dat terwijl uit het Kadaster blijkt dat de groei van het ruimtebeslag in 2017 net verder gestegen is naar 7 hectare per dag.

De BBL steunt het plan, net als de VCB, nochtans geen gedroomde partners, daar waar het komt op wonen in woonkernen. Maar de BBL doet dit natuurlijk niet vanuit het oogpunt van een winstgevende sector.

Daarentegen willen ze net de typisch Vlaamse lintbebouwing en de daarbij horende mobiliteits- en milieuproblemen terugdringen.

Het verdwijnen van plant- en diersoorten, steeds meer overstromingen en de luchtvervuiling door de files; volgens de BBL wordt dat alles veroorzaakt door de manier waarop Vlaanderen bebouwd is. Ze is er dan ook niet over te spreken dat er nog geen verandering gekomen is in het vergunningenbeleid en dat slecht gelegen bouwgronden nog niet geschrapt zijn.'